Politie en vroegpensioen

Tot 2001 erkende de overheid (uitvoerend) politiewerk als een zwaar beroep. Dat bleek uit het bestaan van het functioneel leeftijdsontslag (FLO). Agenten moesten vanaf 60 jaar verplicht stoppen met werken en kregen dan vijf jaar lang – tot aan de toenmalige AOW-gerechtigde leeftijd van 65 jaar – minstens 80 procent van hun laatstverdiende salaris doorbetaald. 

Niet lang daarna besloot de politiek een kruistocht te beginnen tegen het fenomeen vroegpensioen. In vijftien jaar tijd werden alle bestaande regelingen op dat gebied financieel de nek omgedraaid, met name door de invoering van een fiscale boeteheffing van 52 procent op elke vroegpensioenuitkering. Ook de twee opvolgers van de FLO die de werkgever en de politiebonden voor de politiesector overeenkwamen (de spaarplannen AFUP en VPL) legden door de politieke prijsopdrijving uiteindelijk het loodje. 

Zwaar beroep

Pas in juli 2019 keerde het politieke tij. Toen sloten de werkgevers, de vakbeweging en de overheid een landelijk pensioenakkoord, met als één van de hoofdafspraken de terugkeer van vroegpensioenmogelijkheden voor mensen met zware beroepen – zoals politiemedewerkers.  

De eerste stap in dit proces was een landelijke overgangsmaatregel voor de jaren 2020 tot en met 2025. De overheid stelde een bepaald bedrag vrij van de fiscale boete op vroegpensioenuitkeringen. Dat maakte het voor werkgevers weer betaalbaar om werknemers financieel te ondersteunen als ze vervroegd met werken wilden stoppen. 

In hoeverre was de politiewerkgever bereid deze nieuwe financiële ruimte te benutten voor een eerste (tijdelijke) RVU Politie? Zoals afgesproken in de politie-cao 2018-2020 gingen de onderhandelingen met de politiebonden daarover zo snel mogelijk van start – in november 2019 om precies te zijn. In april 2020 werd een akkoord bereikt. Daarmee schreef de politiesector de eerste sectorale RVU binnen de overheidssector op zijn naam.

Landelijke regeling vanaf 2026

Sindsdien was het afwachten geblazen. Welke definitieve regeling zou er op landelijk niveau uit de bus komen? Welke bedragen? Welk aantal jaren? Welke definitie van het begrip zwaar werk? Pas als daarover politieke knopen waren doorgehakt en wettelijke kaders vastgelegd, konden de onderhandelingen over een nieuwe RVU Politie (vanaf 2026) van start gaan. 

Het vastlopen van de onderhandelingen over een landelijke RVU in november 2023 is voor de politiebonden dan ook een enorme teleurstelling. Niets voor niets hebben ze een van de eerste protestacties in de actie-estafette van de vakbeweging georganiseerd, aanstaande dinsdag 30 januari in Den Haag. 

De belangrijkste eis van de bonden is duidelijk: er moet zo snel mogelijk een landelijk akkoord komen – in ieder geval voor de zomer. Het gaat om een cruciale afspraak in een historisch pensioenakkoord. De werkgevers en de overheid slaan een modderfiguur als ze deze kans op het verbeteren van onze sociale voorzieningen uit hun handen laten vallen. 

En wat nog veel erger is: als een tijdig akkoord uitblijft, dreigen veel versleten of beschadigde (politie)werknemers vanaf 2026 geen andere keuze te hebben dan met pijn en moeite zwaar werk te blijven doen tot hun AOW-gerechtigde leeftijd. Dat mag niet gebeuren. Zij hebben langdurig zwaar werk gedaan en de nodige doelpunten gescoord. Zij verdienen daarvoor erkenning van hun werkgever en de overheid in de vorm van een gepaste publiekswissel. 

Source: Politie