De waterwerper is een politie-instrument, geen middel voor politieke spelletjes
ACP kritisch op opstelling burgemeester Halsema
De twijfel van Amsterdamse burgemeester Femke Halsema over het gebruik van traanverwekkende stof in waterwerpers tijdens oud en nieuw door de Mobiele Eenheid (ME) zet de discussie op scherp. Wat begon als een debat over één middel, raakt inmiddels een principiële vraag: wie bepaalt welke middelen de politie veilig en verantwoord mag inzetten?
De minister van Justitie en Veiligheid heeft besloten tot een landelijke pilot waarbij de politie, op verzoek van onder andere de politievakbonden, kan beschikken over aanvullende middelen. Aanleiding waren de ernstige rellen op het Malieveld, waar ME’ers structureel werden geconfronteerd met extreem geweld. De waterwerper met traanwater is nadrukkelijk bedoeld als de-escalerend middel: om afstand te creëren, groepen uiteen te drijven en confrontaties te voorkomen.
Bevoegdheden helder verdeeld
De ACP benadrukt dat de keuze, voorbereiding en inzet van geweldsmiddelen een verantwoordelijkheid is van de politieorganisatie, binnen het kader dat door de minister wordt vastgesteld. De burgemeester gaat over de inzet in de eigen gemeente, niet over het al dan niet meevoeren of voorbereiden van middelen.
Het idee dat een burgemeester zou kunnen bepalen dat een waterwerper wel aanwezig mag zijn, maar niet gevuld mag worden met een wettelijk toegestaan middel, is volgens de ACP juridisch en bestuurlijk onjuist. Dat is vergelijkbaar met het toestaan van een dienstwapen zonder munitie: formeel aanwezig, maar feitelijk onbruikbaar. Een lokaal verbod beperkt het handelingsperspectief van politiemensen en vormt een inmenging in professioneel politiewerk.
Landelijke inzet vraagt landelijke consistentie
Voor de komende periode zijn in zes politie-eenheden waterwerpers aangevraagd, verdeeld over vijf beschikbare voertuigen. Deze zijn bedoeld om, indien nodig, snel inzetbaar te zijn in verschillende delen van het land. Een waterwerper stopt echter niet bij een gemeentegrens.
Wanneer één burgemeester probeert voorwaarden te stellen die verder gaan dan haar bevoegdheid, raakt dit niet alleen de lokale politie, maar ook andere regio’s. Dat ondermijnt de landelijke aanpak en creëert onnodige onzekerheid bij politiemensen.
Veiligheid van hulpverleners staat voorop
De ACP vindt het zorgelijk dat juist in een periode waarin de druk op de politie hoog is, met name rond de jaarwisseling, signalen worden afgegeven die de operationele slagkracht beperken. Politiemensen vragen niet om méér geweld, maar om middelen die helpen geweld te voorkomen. Samenwerking met het lokaal gezag is essentieel; tegenwerking is dat niet. Zoals meerdere burgemeesters zelf aangeven: zij vertrouwen op het professionele oordeel van de politie en geven, waar nodig, toestemming voor inzet. Zo hoort het ook.
ACP ervaart middel zelf

Laat politie haar werk doen
De waterwerper met traanwater is geen doel op zich, maar een laatste middel in extreme situaties. Politieke of bestuurlijke inmenging in de operationele en materiële voorbereiding van de politie geeft een verkeerd signaal af, niet alleen aan agenten, maar ook aan relschoppers.
The post De waterwerper is een politie-instrument, geen middel voor politieke spelletjes first appeared on Politievakbond ACP.
Source: Politie






